• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Spiegelei of omelet

25 december 2020 door Redactie Neerlandistiek Reageer

Door Freek Van de Velde en Dirk Pijpops

Wie het stuk ‘Nederlandse zinnen worden willekeurig geklutst’ van donderdag op Neerlandistiek heeft gelezen, is misschien het kerstdiner ingegaan met de gedachte dat het niet veel uitmaakt of je (a) of (b) zegt, als je de zin wil aanvullen met ofwel een naamwoordelijke groep (“… maar niet de ober”) of een werkwoord (“… maar niet geslagen”):

  • Sophie heeft vaak de kok beledigd maar niet …
  • Sophie heeft de kok vaak beledigd maar niet …

Zin (b) heet de ‘geklutste’ volgorde. Daar is net een stuk over verschenen van Gert-Jan Schoenmakers in Glossa, en Marc van Oostendorp vat dat in het stuk op Neerlandstiek samen als: “als je gaat onderzoeken hoe niet-taalkundigen met dit soort zinnen omgaan, blijkt dat ze eigenlijk niet zoveel verschil maken.”

Van Oostendorp is taalkundige genoeg om een en ander te nuanceren. Ja, er is een effect, maar het is geen absoluut verschil. Je ziet proportionele verschillen: “we [klutsen] onregelmatig en is er vervolgens maar een zwak verband met de betekenis die we aan zinnen toekennen”.

Als je formeel taalkundige bent, is dat een opzienbarend resultaat, maar als je een gebruiksgebaseerde taalkundige bent – een andere stroming, die wat meer belang hecht aan variatie en aan wat je in een corpus vindt – dan is dit eigenlijk niet bijster wereldschokkend. Uiteraard is het effect niet absoluut. Het idee dat ‘echte’ regels absoluut werken is een populaire misvatting van de wat oudere formele taalkunde.

Of het nu gaat om schendingen op lange afstandsverplaatsingen (Wie heb je achterhaald dat hij gisteren in het park heeft gezien?), het gebruik van indirecte objecten bij werkwoorden die geen overdracht uitdrukken (Ze heeft hem een stapel wafels gebakken), het verbod op ‘rode volgorde’ bij adjectieven (Ik heb gehoord dat de man al geruime tijd is vermist), het niet voorkomen van iets interessant (zonder -s) in Nederland, of het gebruik van adjectieven voor telwoorden (goede elf spelers) je ziet eigenlijk altijd dat het effect niet absoluut is. In sommige gevallen is het zwakker, in andere gevallen sterker, maar bijna nooit absoluut. Kunnen V1-conditionelen zinnen achterop? Het is stilistisch niet heel gelukkig, soms bijna onmogelijk (Wees voorzichtig, heb je gedronken), maar het komt voor, bijvoorbeeld met ‘mocht’.

Ook een klein effect is een effect. Variationele, gebruiksgebaseerde taalkundigen zijn niet erg onder de indruk van categorische claims, waarbij één variant ‘de juiste’ is, en de andere ‘performance-ruis’ (in wezen een soort Galenus-dwaling). Ze willen weten hoeklein of hoe groot het effect is. Ook afwijkingen zijn legitiem en interessant.

Terug naar de volgorde in het middenveld, waar het bijwoord en het lijdend voorwerp ‘geklutst’ kunnen worden: wat is er nu eigenlijk aangetoond in dat artikel in Glossa? Dat het effect kleiner is dan gedacht. Maar gedacht door wie? Door formele taalkundigen. Je zou kunnen zeggen: harde formele taalkundige die er een ijzeren onderscheid in zagen, behandelen de context waarop je met een naamwoordelijke groep moet antwoorden als een (niet-geklutst) spiegelei. Wie toch klutst, is een beunhaas in de keuken. Rekkelijkere formele taakundigen hebben misschien de omgekeerde neiging en zeggen dat het onderzoek van Schoenmakers aantoont dat er geen effect is: je mag alles door elkaar klutsen. Leve de omelet! Schoenmakers zelf staat nog een andere oplossing voor: er is een extra regel: verborgen verplaatsing, die al dan niet kan plaatsvinden. Het idee lijkt te zijn: sprekers kunnen het goed doen, maar dat vergt cognitieve inspanning, en daar zijn ze soms een beetje te lui voor. Het is interessant te zien dat met dat soort optionele regels, die de cognitieve complexiteit erkennen, de formele taalkunde een heel eind opgeschoven is in de richting van de gebruiksgebaseerde taalkunde.

Afbeelding van Nemoel Nemo via Pixabay

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

J.A. Dèr Mouw • Ik werd al aardig knap

Ik werd al aardig knap, want ‘k leerde fransch.
Blij was ‘k! Als je dat kende, ja, dan was je
Een eind op streek, begreep ik, want dan las je
Verne in ’t oorspronk’lijke en Aimard’s romans.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

Bloemen voor de honger,

de donkerste, de blauwe,
van as, van grijs graniet,
zwart ijs,
een kamer zonder raam,
een telraam zonder kralen,
een kamer zonder mens,
gegeten knaagt de tijd
voorbij,
de tanden uit de kam,
de grafkrans leeggeschranst,
een steen.

Bron: uit de reeks ‘Slaapwandelen’; Vrij Nederland, 22 december 1962

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

28 november 2025: De Sint-Nikolaasavond

28 november 2025: De Sint-Nikolaasavond

10 oktober 2025

➔ Lees meer
21 november 2025: Tekstselectie in het Nederlandse literatuuronderwijs

21 november 2025: Tekstselectie in het Nederlandse literatuuronderwijs

8 oktober 2025

➔ Lees meer
21 januari – 8 april 2026: Postacademische cursus Recente Nederlandse en Vlaamse letterkunde

21 januari – 8 april 2026: Postacademische cursus Recente Nederlandse en Vlaamse letterkunde

7 oktober 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1884 Maximilianus van Moerdijk
sterfdag
1956 Ludovic Grootaers
➔ Neerlandicikalender

Media

Docent Nederlands zijn als andertalige

Docent Nederlands zijn als andertalige

11 oktober 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Openingszitting Colloquium IVN

Openingszitting Colloquium IVN

8 oktober 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Wanneer is iets literatuur?

Wanneer is iets literatuur?

2 oktober 2025 Door Redactie Neerlandistiek 4 Reacties

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d