• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

’t Dialectenbureau (en ik), afl. 6

17 augustus 2017 door Jan Stroop 3 Reacties

door Jan Stroop

Om ’t contact met de correspondenten/medewerkers in den lande te onderhouden organiseerde ‘t Instituut elk jaar een paar bijeenkomsten, telkens in een andere provincie. Er werd een centraal gelegen plaats gekozen, waar een zaaltje afgehuurd werd. ’t Was altijd op een zaterdag. Die bijeenkomsten werden altijd goed bezocht.

De eerste bijeenkomst die ik meemaakte was in Drachten, in Friesland. De collega’s van de drie afdelingen hielden een praatje. Ik was toen nog toehoorder. Mevrouw Daan begon haar verhaal over waar haar afdeling mee bezig was, o.a. de Taalatlas en de Atlas van de Nederlandse Klankontwikkeling (ANKO). Ze sloot  af met een hommage aan de medewerkers. “Zonder uw medewerking kunnen wij ons werk niet doen. Hartelijk dank daarvoor.”

Er werd ook altijd een kleine tentoonstelling opgesteld, voornamelijk van recente publicaties uit de serie de Bijdragen en Mededelingen van de Dialectencommissie. En verder wat kaarten van de Taalatlas en de Volkskunde-atlas. Voor die expositie gebruikten we een houten stelling die collega Heikens gemaakt had. Die stelling kon opgevouwen worden en paste dan in de kofferruimte van de auto van mevrouw Daan.

In de pauze werden aanwezigen getrakteerd op koffie met iets erbij. Of er ook alcoholisch geschonken werd, kan ik me niet herinneren, en dat betekent dus waarschijnlijk: neen. Na de pauze konden er vragen gesteld worden. Van die mogelijkheid werd meestal maar spaarzaam gebruikt gemaakt; de mensen voelden zich, denk ik, wat geremd door ’t hoge bezoek uit de Randstad. Dan namen de deskundigen maar weer ’t woord voor nog een wetenswaardigheid.

De eerste keer dat ik zelf actief was op zo’n bijeenkomst was in Zeeuws Vlaanderen, in Aksel (NB. deze spelling werd op ’t Instituut gebruikt, vooruitlopend op een wet die er nooit gekomen is), in zaal ‘De Halle’. ’t Was een reis van een paar uur autorijden. Dan de oversteek van de Westerschelde. Zeeuws-Vlaanderen was toen nog alleen met de veerpont Kruiningen-Perkpolder bereikbaar, of via de tunnel in Antwerpen.

Han Voskuil vertelde er over ’t onderzoek naar volksgeloof misschien wel aan de hand van de kaart ‘kabouter’. De kaart, hierbij, is nooit gepubliceerd omdat Voskuil er niet tevreden over was. Er waren te veel ‘open gaten’. Uit dat oordeel maar ook uit zijn brief aan zijn opvolger Theo Meder blijkt wel dat hij onderzoek als dat naar kabouters en andere vormen van kinderschrik serieus nam, al geven de romans over Het Bureau er voor de slechte verstaander een andere indruk van.

Mijn praatje eindigde met een soort quiz, waarbij ik de aanwezigen een aantal geluidsfragmenten van dialectsprekers liet horen, met de vraag: waar komen deze sprekers vandaan. Dat vonden de mensen leuk, vooral als ze ’t antwoord goed hadden. Veel aandacht gaf ik natuurlijk aan de scherpe dialectgrens tussen ’t protestantse Aksel en ’t katholieke Hulst, die maar 10 kilometer van elkaar liggen.

’t Zou best kunnen dat dit keer ook mijn eerste zelfstandige publicatie geëxposeerd is: de monografie Paardebloem à la carte, over de benamingen voor de paardebloem. Ik was op dat onderwerp gekomen door mijn lectuur (tijdens de lunch!) van Enkele bloemnamen in de Zuidnederlandsche dialecten van J. L. Pauwels. Een boeiend boek, maar Nederland blijft er buiten beschouwing. Dat kan niet, vond ik. En in ’t hoofdstuk ‘paardebloem’ stonden enkele verklaringen die me niet overtuigden. Dat kan beter, dacht ik. Zo rees ’t plan voor een kaart in de Taalatlas met bijbehorende toelichting. Maar omdat die toelichting al maar uitdijde, besloot ik er een boekje van te maken. ’t Verscheen in 1969.

Omdat we nog een lange terugreis in ’t vooruitzicht hadden besloten we ergens te gaan eten en dan was ’t handig om dat te doen in ’t restaurant in Perkpolder, op een paar honderd meter van de aanlegsteiger van de veerpont. ’t Was er zo lekker en gezellig dat we maar bleven plakken en op ’t laatst nog haast moesten maken om de beoogde pont te halen: snel afrekenen, jas en tas pakken en hollen.

Iedereen liep of holde op eigen gelegenheid en in zijn eigen tempo. Maar ik zag dat een behulpzame Voskuil mijn vrouw bij de hand genomen had en dat ze zo naar de pont toe renden. ’t Tafereel trof me omdat Voskuil iets deed wat ik niet van hem verwacht had.  Ze waren niet bij te houden, al kwam ik nog wel op tijd op de veerpont.

Op 27 april 1974 vond in ’s-Hertogenbosch de laatste medewerkersbijeenkomst plaats waar ik aan deelgenomen heb. Volgens ’t verslag in de  Mededelingen van het Instituut kwamen er op mijn betoog annex quiz “zeer vele en goede reakties uit de zaal.”

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: Dialectenbureau, dialectologie, geschiedenis van de neerlandistiek, geschiedenis van de taalkunde

Lees Interacties

Reacties

  1. Marcel Plaatsman zegt

    17 augustus 2017 om 13:06

    Mooi, die kabouterkaart! Die brengt meteen ’n Tesselse kwestie naar boven waar ik nog mee tob. De Wieringer “sammelkes” en de Tesselse “sommeltjes” zijn vast verwant, maar die klinkerwisseling, daar is iets mee. Het komt op zich geregeld voor dat een “a” op Texel een “o” is, maar in dit geval voegt dat niet zo. Ten eerste is de verschuiving a > o alleen regelmatig voor tandmedeklinkers, ten tweede levert ze dan “ò” = /ɔ/ op en niet, zoals in dit woord (getuige het woordenboek van Keyser), een ó = /ʊ/ (in de notatie van o.m. Jo Daan). Die laatste ó gaat normaal terug op *u en zou in het Wierings ook gewoon o moeten zijn, eventueel /u/ (“oe”) of /ø/ (“eu”) in open lettergreep.
    Kort gesteld: is er een etymologie van dit woord? Gaat het terug op *sam, *sum, nog iets anders?
    Om het ingewikkelder te maken: Tessels heeft ook nog “sumpie” voor “piemeltje”, wat aan het Engelse “thumb” wordt verbonden, maar natuurlijk ook weer aan dat hypothetische *sum gelinkt kan worden. Óf: alles is “thumb” en de klinker is op drie verschillende manieren ontleend (maar wat ’n malle ontlening dan eigenlijk, ondanks veronderstelbaar taalcontact tussen visserlui).

    Overigens blijft de volgende zin me ook intrigeren, daar ik het tegenovergestelde antwoord had verwacht: “Of er ook alcoholisch geschonken werd, kan ik me niet herinneren, en dat betekent dus waarschijnlijk: neen.”

    Beantwoorden
  2. Mient Adema zegt

    17 augustus 2017 om 15:01

    Ja, ik vond het woord “waarschijnlijk” ook sprekend, suggestief. Als je je iets niet kunt herinneren, komt dat dan doordat het niet plaatsgevonden heeft of door de toestand waarin je verkeerde? Ik wijt die passage over het al dan niet-alcoholgebruik maar aan de karakteristieke droge humor die de auteur weleens inspireert. Het Nederlands heeft daar een woord voor, zegt hij dan en wacht dan maar af hoe hij genadeloos zijn visie geeft op het gebruik van onnodige Engelse termen waar wat al te koketterig mee wordt omgegaan. Zoiets is immers by far het ongebruikelijkst, nietwaar?

    Het is leuk lezen, deze stukjes. Vooral ook omdat je niet weet of er nog iets achteraan komt. Dat geeft hoop en verwachting.

    Beantwoorden
    • Jan Stroop zegt

      18 augustus 2017 om 11:13

      Dank voor uw waardering.

      Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

J.A. Dèr Mouw • Ik werd al aardig knap

Ik werd al aardig knap, want ‘k leerde fransch.
Blij was ‘k! Als je dat kende, ja, dan was je
Een eind op streek, begreep ik, want dan las je
Verne in ’t oorspronk’lijke en Aimard’s romans.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

Bloemen voor de honger,

de donkerste, de blauwe,
van as, van grijs graniet,
zwart ijs,
een kamer zonder raam,
een telraam zonder kralen,
een kamer zonder mens,
gegeten knaagt de tijd
voorbij,
de tanden uit de kam,
de grafkrans leeggeschranst,
een steen.

Bron: uit de reeks ‘Slaapwandelen’; Vrij Nederland, 22 december 1962

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

28 november 2025: De Sint-Nikolaasavond

28 november 2025: De Sint-Nikolaasavond

10 oktober 2025

➔ Lees meer
21 november 2025: Tekstselectie in het Nederlandse literatuuronderwijs

21 november 2025: Tekstselectie in het Nederlandse literatuuronderwijs

8 oktober 2025

➔ Lees meer
21 januari – 8 april 2026: Postacademische cursus Recente Nederlandse en Vlaamse letterkunde

21 januari – 8 april 2026: Postacademische cursus Recente Nederlandse en Vlaamse letterkunde

7 oktober 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1847 Mathijs Koenen
sterfdag
2021 Anke van Reenen-Jongkind
2021 Wim Zaal
➔ Neerlandicikalender

Media

Docent Nederlands zijn als andertalige

Docent Nederlands zijn als andertalige

11 oktober 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Openingszitting Colloquium IVN

Openingszitting Colloquium IVN

8 oktober 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Wanneer is iets literatuur?

Wanneer is iets literatuur?

2 oktober 2025 Door Redactie Neerlandistiek 4 Reacties

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d