• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Au!

17 januari 2015 door Marc van Oostendorp 1 Reactie

Een geschiedenis van het Nederlands aan de hand van 196 sonnetten (3)

Door Marc van Oostendorp

Niets blijft gespaard voor de tand des tijds, maar het is wel bijzonder wreed dat zelfs au! niet gespaard blijft.

Zou je dat ooit op een ander moment kunnen uitroepen dan wanneer er iemand op je teen staat? Wel in de zestiende eeuw. Het is bijvoorbeeld het eerste woord van het sonnet Au gheselleken van Eleonora Carboniers (?-na 1584):


A. Au gheselleken wat is hier, daer voor u siet?
Ic sie ghinder een naecte vrauwe seer bequame
  B. Maer mi dinct si en verroert haer weinich of niet
Slaept si? neens, want ic sie open d’oogskens eersame.
A. Van haer bi te commen niemant van ons en schame:
Want wie sou verschrict sijn van dat ghesichte claer
  B. Maer mi dinct van onse comste (naer den betame)
En verschiett si niet, haer haudende still’ eenpaer
A. Is dat niet een goet stic, als ict werde ghewaer
Tis schilderye, tast wilt u hant gheloof gheven:
Zijn wi niet wel bedodt ende uutghestreken daer?
B. Neen, neen, wi en sijn niet bedroghen teenegaer,
Hebbende voor een levende vrauwe beseven
De beelde die soo wel is gheschildert naer d’leven.

(A: Hé vriendje, wat is het hier, kijk daar voor je? Ik zie daar een naakte, zeer bevallige vrouw. B: Maar ik denk dat zij zich nauwelijks of niet verroert. Slaapt ze? Nee, want ik zie dat ze haar heerlijk oogjes open heeft. A: Niemand van ons hoeft zich te schamen om bij haar te komen: want wie zou er bang zijn van dat schitterende schouwspel? B: Maar ik denk dat zij niet van kleur verschiet van onze komst, zoals behoorlijk zou zijn, ze houdt zich steeds maar stil. A: Is dat geen goede grap, nu merk ik het op. Het is een schilderij, voel maar, laat je hand je overtuigen. Zijn wij niet bedot en is ons geen loer gedraaid? B. Nee, nee, wij zijn niet helemaal niet bedrogen door een een beeltenis die zo goed naar het leven geschilderd is voor een levende vrouw te houden.)

Bedot

Dit sonnet verscheen 450 jaar geleden in de allereerste verzameling Nederlandstalige sonnetten, Den hof en boomgaerd der poësien van Carboniers’ echtgenoot Lucas D’Heere. Het gedicht wordt er gepresenteerd als een vertaling van een Frans origineel van D’Heere, maar dat origineel hebben we niet meer, dus we kunnen dit beschouwen als het eerste Nederlandstalige sonnet van een vrouw. Het is ook het eerste sonnet dat de vorm van een gesprek heeft, tussen de vrienden A en B, en dat dus een soort spreektaal gebruikt. Het is weliswaar een beetje een raar gesprek: de vrienden beantwoorden steeds hun eigen vragen, en B begint twee keer met ‘maar’ en een keer met ‘nee, nee’,

Sommige dingen zijn ook niet veranderd. Ik vind het een fijn idee dat je naar de zestiende eeuw kan worden getransporteerd, en daar tegen iemand zeggen dat je ‘bedot’ bent, en dat die ander dan begrijpt wat je bedoelt.

Modern

Maar dat geldt dus niet voor au! Althans, volgens het Woordenboek der Nederlandsche Taal kon het in de zestiende eeuw ook al gebruikt worden als uitroep van pijn, maar het was volgens hetzelfde woordenboek in de zestiende eeuw Vlaanderen en Brabant ook ‘zeer gewoon als uitroep om de aandacht te trekken’.

Eleonora Carboniers kwam uit Veere, haar man uit Gent; dit gedicht wordt als voorbeeld gebruikt van die aandachttrekkerij. (Onder naam van D’Heere, en dat lijkt me in ieder geval onterecht; ook als de vertaling een heel letterlijke was, komt het woord au toch nog voor rekening van Eleonora.)

Goh

De precieze omschrijving van tijd en plaats in het WNT doet vermoeden dat au roepen om iemands aandacht te trekken een bepaalde tijd mode is geweest die ook weer is overgetrokken. Dat kleurt het gedicht ook wel een beetje: A en B zijn kennelijk helemaal op de hoogte van de moderne tijd. Ze spreken ook niet voor niets in sonnetvorm, dé moderne vorm van hun tijd.

Kreten – tegenwoordig zouden we hé of goh roepen, bevinden zich aan de randen van de taal. Ze voelen eerder als klanken die je ontsnappen dan als woorden die je zorgvuldig kiest, maar kennelijk zijn ze toch aan plaats en tijd gebonden. In de zestiende eeuw riep je au als je modern wilde zijn.

Met dank aan Frank Willaert voor commentaar op de vertaling.

 

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 16e eeuw, 196 sonnetten, letterkunde, poëzie, sonnet

Lees Interacties

Reacties

  1. Arnoud van den Eerenbeemt zegt

    18 januari 2015 om 09:43

    Ei! Ik ben verbaasd dat niet ook voornoemd tussenwerpsel door Marc wordt behandeld. De Grote Van Dale vermeldt het nog als verouderd tussenwerpsel en het WNT toont vindplaatsen van rond 1860. In Duden krijgt 'ey' twee van de vijf gangbaarheidsstreepjes, dus als ‘maximaal verouderd’ beschouwen onze oosterburen deze interjectie niet.

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Richter Roegholt • Tweekantigheid

Je weet niet meer hoe het nu verder gaat,
of zij wel ooit doorzichtig bij je was,
hoe zij de bakens, en wanneer, verzet.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

AVOND EN MORGEN IN NOVEMBER

Geen wolk, geen borden in een rek,
geen witte marmeren koninginnen:
een grijze nacht en wind en helderheid,
geen mist, geen licht. –
Des ochtends zon
boven de duinen, laag, rood, rond,
een non, een borst, een duif, een gouden ring,
een kap, een kalken nul op ruiten,
woorden, wellust, meid.

Bron: Spinroc en andere verzen, 1958

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

10 november 2025: Biografie op de bühne

10 november 2025: Biografie op de bühne

29 oktober 2025

➔ Lees meer
8 november 2025: Symposium ‘Polemiek en politiek rondom het tijdschrift Forum’

8 november 2025: Symposium ‘Polemiek en politiek rondom het tijdschrift Forum’

28 oktober 2025

➔ Lees meer
25 november 2025: Eerste bijeenkomst NLNU 25-26

25 november 2025: Eerste bijeenkomst NLNU 25-26

27 oktober 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1935 Willem van Toorn
1961 Jan Blommaert
➔ Neerlandicikalender

Media

Wat taal verraadt – met Freek Van de Velde

Wat taal verraadt – met Freek Van de Velde

3 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Charlotte Van den Broeck op de 42ste Nacht van de Poëzie

Charlotte Van den Broeck op de 42ste Nacht van de Poëzie

2 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Verschil Letterlijk en Figuurlijk

Verschil Letterlijk en Figuurlijk

1 november 2025 Door Arnoud Kuijpers 5 Reacties

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d