Het mooiste is de stilte tussen wat is geweest en wat moet komen het mooist de herinnering die je vindt terwijl je niet zoekt ’t allermooist is de weg van de tweesprong die je nooit hebt genomen toch maakt het geen verschil ja, dit is wat ik wil Lees verder >>
Terugkomen (in zwart) en dan met ten onder gaan (in stijl) op tournee: vol versprekingen, lachers op de hand. Tussendoor denken aan (lekker landelijk) eten achter gesloten luiken: veel spek sloopte mij
naar wens. Langzaam bergafwaarts gaan keek toe: hoe een relatie eindigde schittert nog na, ziektes en ongemak (in sneeuwwit pak). Immer soepele heupen (sterke bouw) spraken de wereldbevolking toe: Lees verder >>
de schilders weten het
alles is altijd anders
het is geen gezicht
maar een reservoir van licht
het is geen raam
maar een oorsprong van eeuwigheid
verroeste emmers zijn pareloesters
woonhuizen vissenbekken
dieren en naakte vrouwen daarentegen heilig
zij rusten ’s avonds gemoedelijk
in de warme stal van je bloed
ook heeft de week elf dagen
en dat is geen feit
maar alleen als je kijkt
een zekere zon glom buiten zijn grenzen
pupillen kieperen het licht naar binnen
ingezwachteld mijn volksmond
eet een zoutje wat weerhoudt je
van de vertering van de violente vragen
(er eentje opborrelen)
welk gat de diepte draagt
(waar twee al overkoken heet)
als slaap het voorvocht van de dood is
Sehen wir uns etwa so an: in a hijacked car à la fin du monde, three leading ladies on the back seat, one, the One, next to you. Genau! C’est ça, exactement, plus rapide! But quelque chose ne marche pas in the surround sound system of the car: niet the Moments & Whatnauts, niet de Floaters from the speakers, but some electric scratches grč grč! and then a dark engulfing earthbound sound. Maartje fängt zu singen an, trillerend, Hojo! Hojo! Alejandra habla foutloos Cyrano, non, merci! and Hanna makes snatching noises with a heggenschaar, suck, suck! while the One is busy being born from a lumpy oozing mass on the front seat, from the front seat. Splaaaasj! You keep driving, les mains humides on das Steuerrad, though you’ve got no permis de conduire. Nous pull over to a gaz station auprès de la Moselle. C’est tranquille maintenant. Ruhe, sanfte Ruhe, tacet Maartje, sauf het coole geknars of the tires of the car on the grint on the asphalt. A soft murmur, remurmuring, rewhimpering. We are bang. Alejandra shivers. A telephone starts ringing ferociously, énormément, comme les téléphants d’antan. Hello? Hello? Porca Madonna! Who’s that speaking with his voice? Hallo? Hallo? Wer da? Keine Ahnung. Geh schon, geh schon, mon petit! We are standing still. Op een bleekveld liggen dode brandweermannen uitgeteld uitgestald. And when the shooting starts we perform een zeer kleine but très agréable hommage à Francis Picabia, l’homme liquide, fumeur des épaves. Hanna took a bullet in the stomach but she spits it out again, vrolijk lächelnd. Ah! Die lach! Er moet een bowieversterkertje gehaald worden En als dat, eindelijk, gearriveerd is, horen we: Cancer, and my name is Larry, ha, and I like a woman that loves everything and everybody… We zijn weer on the move. We have reached Leeds. Uit een lantaarnpaal steekt een vrouwenarm. In een opening is een borst te zien. Een parade van vrouwen met roestig rammelende fietsen aan de hand. Zij gaat voorop, in een pink, mouwloze pullover met lovertjes d’argent, verder in het wit. Ze lacht, onverzoenlijk, maar nog steeds chronisch onvermijdelijk. Les drunken bicyclettes rattle on the pavement. One thing, however, is clear as a bell: ceci n’est pas la fin du monde. ceci n’est pas la fin du monde. ceci n’est pas la fin du monde.
Erik Bindervoet (1962)
uit: De droom van Eb Inkt Diervoer (2020)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Jij bent niet in die klas, Jij moet wachten op de gang.
‘Wanneer is iets kunst?’ De kinderen schrijven een antwoord op. Tom/Kick: Als het mooi is. Max: Als het zomer is. Bodhi: Als het een beetje cool is. Ebba: Als je in een museum bent. Jules: Als het licht geeft. Selma: Als je je best hebt gedaan. Quirijn/Kesso: Als iets glimt. Lees verder >>
Uit Rebelse sonnetten, een gelegenheidsbloemlezing van dichters van Wereldbibliotheek en Nieuw Amsterdam.
Maatschappelijk debat
Iemand spreekt. Iemand reageert en iemand affirmeert. Iemand adviseert en iemand anders alarmeert. Weer een ander preekt.
Weer een iemand wijst en afficheert. Men agendeert en grijpt een goede microfoon. Meestal discussieert men asynchroon. Op de beeldbuis wordt wat hooggeleerd. Lees verder >>
ILP Ik was uit bed gevallen en ben naar de toren getogen om te zien wat lange mensen horen. Mijn haren hingen van de trans. Mijn keel was schor van het herhalen van mijn eigen naam. Gemor van voetvolk wilde ik graag met applaus verwarren. Decor werd afgebroken en op grote karren geladen. Helderheid brak door het wolkendek. Ik somde tijden op van aankomst en vertrek.
EJH het geluid koud als bevroren moet aan iemand met een lichaamstemperatuur van tussen de 35,5 en 37,8 graden toebehoren ik ben koppie onder want nat voel druk op beide oren het brummen van de beul zwelt aan als een pappadum herken mijn naam tussen de h-s en g-s als nier- tussen boterbonen
Een verzoenen is het niet, nee. Misschien een accepteren, een erkennen dat ik weet dat ook de zachtste mond twee hoeken heeft maar wegen doet het niets. Ik leg piepschuim in de schaal, kam met een zilveren vork mijn haar, knip de knopen weg en eenmaal op de grond vallen ze moeiteloos uit elkaar.
Uit De hazenklager, de nieuwe bundel van Paul Demets: “Ik pleit erin voor een nieuwe omgang met de natuur en met de dieren, omdat we anders riskeren om met nog meer virussen geconfronteerd te worden. Een cyclus uit de bundel heet ‘Zoönose’. Covid-19 is een zoönose, een ziekte overgedragen van dier op mens. We gedragen ons veel te hoogmoedig tegenover de dieren en de natuur.”
Zoönose 2
Ik kijk naar je rug, de kano, het water. Hoe alles beweegt. Een blauwe schijn hangt op je schouders.
Je lijkt hem met de spaan uit het water te halen. Je blauw zuigt de oevers op. Hoor je hoe dichtbij
de dieren zijn, vraag je. Ze zuchten. Ze kauwen, volgen onze slagen, herkauwen, grazen.
Uit Echo Echo, de nieuwe bundel van Kreek Daey Ouwens
De hemel boven de dikke man is dezelfde
hemel als die boven de zee.
De dikke man zegt: Rechts. Rechts. Rechts.
Hij steekt zijn hand op.
Hij steekt zijn hand op boven zijn land.
Melania heeft een dichtgestopte mond.
Aan haar hand fonkelt een ring.
De schoenen van de dikke man marcheren
tussen het fonkelen over de stenen.
Melania kijkt naar de zee.
Ze ziet de lijken drijven in de zee.
Melania kijkt net zo lang naar de zee tot
die ijs ijskoud wordt.
De dikke man pakt haar hand.
Melania voelt zichzelf aan die hand.
Melania voelt zichzelf helemaal alleen aan
die hand.
Melania voelt zichzelf alleen aan die hand
op de televisie staan.
Kreek Daey Ouwens (1942)
uit: Echo Echo (2020)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Gisteravond op bed was ik aan de rechterkant gaan liggen die zij inneemt als ze hier is en vanmorgen wakker wordend zag ik mij weer links liggen waar ik slapeloos in het donker soms het krachtige kloppen hoor van haar aanwezigheid
Wat heeft me er derhalve toe bewogen om in de nacht de ruimte van haar grote afwezige lichaam te verlaten dan de hunkering zelf ook niets te zijn?
*
Het tweeërlei bloed
Van het tweeërlei bloed rood en zwart dat door mijn arteriën en aderen stroomt prefereert zij het rode uiteraard het vreugdevolle het malle het vurige het vrouwelijke
Maar ze geeft niet toe dat ik het van mijn moeder heb ze ontkent dat het van mij is overgegaan op mijn dochter ze zegt dat het haar leven is en dat het leven met mij wordt geboren en met mij sterft
**
A letto
Ieri sera a letto mi ero messo dalla parte destra quella che occupa lei quando è qui e stamani svegliandomi mi son ritrovato a sinistra di dove nel buio ascolto insonne talora il battito potente del suo esserci
Cosa mi ha indotto dunque durante la notte ad abbandonare lo spazio del suo grande corpo assente se non l’ansia d’essere anche io niente?
*
I due sangui
Fra i due sangui il rosso e il nero che mi corrono arterie e vene lei preferisce il rosso naturalmente il gioioso il pazzo l’ardente il femminile
Ma non ammette che mi sia venuto da mia madre nega che da me sia poi passato a mia figlia dice che è la sua vita e che la vita nasce e muore con me
Giorgio Bassani (1916-2000) uit Epitaaf (2019) vertaling: Jan van der Haar
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Vlinder ziet een speld staan vindt hem mooi want streng niet doelloos doch standvastig. Zij wil hem aan zich binden dit eenzaam puntig wezen en zegt met zoete aandrang doe ik mijn vleugels dicht bekijk mij dan van voren ben ik een speld op poten. Bang om zich te bezeren aan iets zo kleurig breekbaars met ogen fijn dooraderd volhardt de speld in staren blijft stijf gesloten staan als ik hier niet vandaan raak grijpt het ons beiden aan.
T. van Deel (1945-2019) uit: Een steen in de beek verveelt zich niet (2019)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Hoe mezelf te verhouden tot een wereld waarin ik nullen en enen aanbiddend nooit de tijd aan de stand van de zon heb leren lezen een digitale Icarus in mij verwek Ik tart een zwerk vol error, een digitale god Ik uit mijn zorgen met een app, de data liegen niet en met een crash and burn in het verschiet googel ik de kans dat regen redding brengt, een val gebroken kan Het breekpunt van getallen Hoe becijfer ik mijn zijn? Hart keer lijf gedeeld door bits en bytes? Sociale media min eenzaamheid in het likeskwadraat? Ik sterf het aantal doden dat ik bij elkaar kan gamen dood realiteit, heb spijt Bedenk dat zwaartekracht nooit faalt, bedacht als god almachtig is voor hen die zich vertillen aan de naaktheid van mijn hart Het slaat een bloeddoorlopen Driekwartsmaat
Lucas Hirsch (1975) uit: Wu wei eet een ei (2020)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Die strakke oostenwind, het eerste okkernootje, slaap in een pissebed, deze maïshakselaar-schorpioen, een cheetasprint, een verpletterende golf en een majestueuze rots, een leeg en geblutst olievat met een houten kruis op gebonden, kastanjeglans, een weggewaaide vlakte, een kapotte bladblazer, hoogzwangere maretakbol, in een grimas getrokken nachtmerrie, blanco info- bord, die dolende taxonoom, erosie, zwavelgeel, pimpelmees, de vertrappelde vouwmeter, deze verreiker-giraf, de pauzeknop, de pas genivelleerde asfaltweg. Al deze objecten raap ik op uit de berm, ik pulk ze uit het onkruid, vanonder een peukje, vanuit een achtergelaten reiskoffer, er gaat niks verloren, in mijn kleine, kartonnen doosje vang ik ze op en schuif het dicht.
Dorien De Vylder (1988) uit: Heerlijk afgebakend eindeloos (2020)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
De Waal Carl Norac is de huidige Belgische dichter des vaderlands. De tweetalige uitgave Journal de gestes / Gebarendagboek bevat originele Franstalige én door Katelijne De Vuyst vertaalde gedichten van hem.
De woorden aanraken
Als kind wist ik dat je het vel van de woorden aan kunt raken, dat bomen op hun eigen tempo lopen en met elkaar praten zonder echt op hun wortels te letten. Als kind wist ik alles, alleen niet dat je daarna af moet leren. En terugkeren naar de weg waar we verdwaalden, de keitjes negeren die in andere levens werden gelegd, er nu en dan eentje oprapen, daarna het eerste pad inslaan dat daarom verzoekt. Als kind wist ik dat je het vel van de woorden aan kunt raken, dat hun opperhuid bezaaid is met betekenis, die vaak ietwat verhuld blijft, zoals het hoort. Die woorden leerden mij, gevoelig joch, dat met één vaag gebaar het heelal wordt getekend. Lees verder >>
tijdruimte en elkaar tegenkomen (in memoriam Maria Vermue, 1962-2018)
alles waar men bang voor is gebeurt altijd, eens ga je te-
niet. ook in zee kan het gevaarlijk zijn, hoewel je er soms niets
van ziet. diverse virussen met haarachtige draden vanbuiten
schepen in bij levende schepseltjes. met een gevoelig extra oog
kan men hun wellustige gewapper observeren. gretig breken ze
open en af. en jij, hoe vaar jij, nu we je fijnste deeltjes hebben prijs-
gegeven aan de elementen. je beenderen zijn in hitte gespleten.
kan de as van jouw lichaam nog bestaan als die je bent of was.
Voordat paus Genga dood onder de grond gestopt werd, al zijn botten op een rij, klonk het in Rome uit eenieders mond: hij is een heus lot uit de loterij.
Ik ben op een stormachtige nacht in november geboren Zelfs de wasserettes schrokken van de rukwinden en de aangeharkte voorstedelijke huizen, waarin elk pasgeboren jongetje wordt besneden uit gezondheidsoverwegingen, trilden op hun grondvesten langs de duinen van het strand
‘Derde document’ komt uit de cyclus ‘Word-document Nederland’ uit Nederland in stukken, de nieuwe bundel van Maarten van der Graaff: “In 2015 sloot de linkse Utrechtse boekhandel De Rooie Rat haar deuren. Op de valreep kocht Van der Graaff er oude pamfletten, studies en tijdschriften, uit interesse in de politieke taal uit de jaren zeventig, tachtig en negentig. In zijn nieuwe dichtbundel verknipt en plakt hij deze teksten en vult ze aan met gedichten, liedjes, en andere flarden tekst [lees verder en meer gedichten].
Derde document
Als ik vroeger terugkwam van vakantie en bij Zwijndrecht de neonletters Van Leeuwen Buizen zag. Wist ik dat ik thuis was. Bovenbouw. Die vanbinnen dingen doet. Alle lichtjes. Alle auto’s. Met een daktuintje. Het verleggen van patronen. Van geluk. Volgende week. Staat in de agenda. Van vorige week. Paradijsvogels. In dit. Privé-domein. Nu wil je weer contact. De stad beloont creativiteit. Vrijwillig of anderszins. Driel- Oost. De corridor Eindhoven/Veldhoven/ Welschap. Herneemt zich. En is daarin. Vier koersen. Dat voel ik. Een gemiddelde huiskamer is voor zover ik gezien heb dan ook een rare combinatie van nieuwe apparaten en oude gehechtheden. Reusachtige encyclopedie van variaties. Kolommen. Aard en structuur. Van heel mijn. Compagnie. Illusieloze witte steden. Schepen zich in. Elk huis is tot barstens toe vol. Ruimtevreters. Een watercorridor. De blauwe koers. Nu leest hij oude formulieren. Intimiteiten. Dit is het lastigst. Het laatste woord. Te veel. Schrijven.
Maarten van der Graaff (1987) uit: Nederland in stukken (2020)
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere werkdag een gedicht per mail.
Ter gelegenheid van het tienjarig
bestaan van de website Het
vrije vers, het enige Nederlandse podium voor light verse en
gebonden gedichten, is er een jubileumbundel uitgebracht: Er
is light! Daaruit de drie onderstaande gedichten. Dat van
Driek van Wissen is nog niet eerder gepubliceerd.
CPB rekent af met Lucebert
De toekomst van de kunst is ongewis: ze heeft geen waarde van betekenis zo is nu vastgesteld door economen die ook nog tot de slotsom zijn gekomen dat alles zonder waarde weerloos is.
Recente reacties