• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

De kanten zakdoek (1867)

16 februari 2020 door Ewoud Sanders Reageer

Jeugdverhalen over joden (77)

Door Ewoud Sanders

Eduard Gerdes. Links als jonge man, rechts zeventig jaar oud.

Auteur: Eduard Gerdes (1821-1898)
Oorspronkelijk Nederlands

Herkomst en drukgeschiedenis

Eduard Gerdes behoort tot de productiefste en meest gelezen jeugdboekenschrijvers uit de tweede helft van de 19de eeuw. Hij publiceerde ruim 250 jeugdboeken. Daarnaast schreef hij verschillende liederen. Zijn beroemdste lied, ‘Daar ruischt langs de wolken’ (1858), is nog steeds populair en wordt wel de ‘Christelijke Internationale’ genoemd.

         Gerdes werkte geruime tijd als onderwijzer in Amsterdam. Daar bezocht hij de zogenoemde zondagavondbijeenkomsten van de bekeerde jood Isaac da Costa. Ook gaf hij Nederlandse les aan dominee Carl Schwartz, een Duitse bekeerde jood die halverwege de 19de eeuw in Amsterdam werkzaam was als jodenzendeling.

         De kanten zakdoek behoort tot Gerdes’ succesvolste jeugdboeken. De eerste druk verscheen in 1867 bij uitgeverij A.W. Sijthoff in Leiden; de tiende in 1929 bij G.F. Callenbach te Nijkerk. In de samenvatting is geciteerd uit de eerste druk. Overigens zijn er, in de passages over joden, geen tekstverschillen tussen de eerste en laatste editie. Heruitgaven verschenen in 1977 en 1997 bij uitgeverij De Vuurtoren in Urk. Hierin werd de spelling gemoderniseerd maar bleef de tekst ongewijzigd.

Samenvatting

Volgens de ondertitel is De kanten zakdoek ‘Een verhaal uit den ouden tijd’. Dit wordt niet gespecificeerd, maar aan de driekantige steekhoeden op de illustraties te zien zal het om de achttiende eeuw gaan. We volgen in dit verhaal het leven van Pieter van Delft, een bedelaarsjongen die van de straat en de ondergang wordt gered door een rijke dame van wie hij een kostbare kanten zakdoek had willen stelen. Aan het eind van het verhaal koopt Van Delft, die dan is opgeklommen tot kapitein, de kanten zakdoek op een veiling. Hij zal dit kleinood teruggeven aan de vrouw aan wie hij zijn leven en zijn rotsvaste geloof in Jezus dankt.

         Op de veiling moet kapitein Van Delft opbieden tegen joden. ‘De meeste kijkers en koopers bestonden uit nakomelingen van vader Abraham. En geen wonder ook, want daar waar kostbaarheden, parelen, juweelen, gouden en zilveren voorwerpen aan de meestbiedenden ter veiling liggen, daar vindt de jood de ware negotie.’

Links: kapitein Pieter van Delft biedt op een veiling op tegen ‘nakomelingen van vader Abraham’. Rechts: een detail uit dezelfde tekening. Naarmate de prijs oploopt, worden de joden wilder. Illustratie door J.H. Isings jr. (1884-1977) uit de negende druk van De kanten zakdoek (1925). Deze illustratie is ook te vinden in de herdrukken uit 1977 en 1997.

Volgens Gerdes vormen de joden, ondanks hun verstrooiing over de aarde (‘hunne straf voor de verwerping van den Messias’), nog steeds ‘eene afzonderlijke natie en staan zij met hun eigen volk in alle landen in verbinding’. Zo koopt ‘de jood in Holland (…) gaarne kostbaarheden om die weder aan den jood in Polen en Rusland te verhandelen, en deze laatste handelt even zoo in die en andere landen’.

         Op de veiling maken de joden veel kabaal. ‘Men klom op banken, tafels en stoelen, en het geschreeuw werd zoo hevig, dat de verkooper zich genoodzaakt zag met den hamer op tafel te slaan en stilte te gebieden. Maar hieraan viel niet te denken. De bewegingen van de zonen Abrahams waren veel te hartstogtelijk, dan dat zij acht konden slaan op de vermaning tot stilte.’

         Als de kanten zakdoek tevoorschijn wordt gehaald, bereikt het rumoer een climax. ‘Alle voeten, handen en monden geraakten in beweging, zoo zelfs dat wel vijftig joden te gelijk op de tafel klommen en begeerden dat de zakdoek zou uitgespreid worden.’

         Daarna wordt er fel geboden. ‘De een bood nog meer dan de ander, terwijl de meeste bieders joden waren; een paar aanzienlijke burgers, die ook geboden hadden waren spoedig uit het veld geslagen, zoodat er alle waarschijnlijkheid voor bestond, dat de kanten zakdoek in handen van Israël zou overgaan.’

         Maar vlak voordat de veilingmeester afslaat, roept kapitein Van Delft: ‘Vijf gulden daarboven!’

         ‘Het was geen jood, die dit bod deed; dat hoorde men dadelijk aan de spraak.’

         Van Delft blijft het hoogste bod consequent met vijf gulden overbieden. ‘De joden werden hoe langer hoe nijdiger.’ Een van hen roept geërgerd: ‘Nah! wat moet de sinjeur met dat oude ding doen? ’t Is een oud vod. Er zit maar een klein bagatelletje echt spul aan. Kan de sinjeur het toch van mij koopen! – ik ben met een klein winstje tevreden.’

         Maar Van Delft volhardt. ‘De woede van den jood en zijn geslacht kende geene grenzen. Men balde de vuist, doch niemand gebruikte geweld.’

         Vervolgens nemen ‘de joden de toevlugt tot het bezigen van kwinkslagen, in de hoop dat deze den kapitein ergeren zoude en hij heen zou gaan’. Ze roepen dingen als: ‘’t Is misschien voor zijn eigen fijn neusje!’

         Uiteindelijk gaat de zakdoek voor driehonderd gulden naar Van Delft. ‘De joden hadden hem gaarne in den oven van Nebukadnezar gewenscht, of hem even gaarne zien hangen naast Haman [zie Daniël 3:6 en Esther 7:10; ES], maar de kapitein bleef zijne bezadigdheid behouden, en verwijderde zich zoo spoedig mogelijk (…) de joden in hunne nijdigheid achterlatende.’

Doelgroep en receptie

Uitgeverij Callenbach achtte De kanten zakdoek in 1929 geschikt voor jongens en meisjes van twaalf tot vijftien jaar.

         Van de oudste edities heb ik geen besprekingen gevonden, wel van enkele drukken uit de 20ste eeuw. In geen van die besprekingen komen de joodse handelaren aan bod. De boekbeoordelingscommissie van de Gereformeerde Zondagsschoolvereniging ‘Jachin’ schreef in 1916, over de zevende druk: ‘Hij [Gerdes] gaat heel rustig zijn gang en vertelt op eenvoudige, Christelijke wijze wat hij te zeggen heeft en wel zóó, dat men met genot, tot het einde toe, zonder opgewonden te worden, naar hem luistert.’ De commissie nam wel aanstoot aan sommige zegswijzen. ‘Uitdrukkingen als “arejakkes!” [als verbastering van Here Jezus; ES] passen evenmin in den mond als in een boek.’ In 1929 schreef dezelfde commissie, over de illustraties van Isings: ‘De mooie plaatjes in zwartdruk doen den teekenaar eer aan.’

         Over de herdruk uit 1977, waarin de passages over de joodse handelaren onverkort voorkomen, schreef De Waarheidsvriend, huisorgaan van de Gereformeerde Bond binnen de PKN op 8 december 1977: ‘Een prachtig jongens- en meisjesboek. Uitgevoerd in mooie vierkleurenband.’

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 19e eeuw, jeugdliteratuur, Jeugdverhalen over joden

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Michael ter Maat • De klok staat stil maar het onkruid woekert voort

Je trekt een magnolia uit de tuin
maar de wortels blijven zitten.
Zo gaat dat met geliefden.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

SPROOKJE

– Waar woon je?
– Op het glazen bruggetje.
– Wat eet je?
– Een glazen boterham.
– Hoe ga je?
– Op glazen benen.

Bron: datering; 1971-1972; niet eerder gepubliceerd

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

18 juni 2025: Da Vincilezing over dialecten en het ABN

18 juni 2025: Da Vincilezing over dialecten en het ABN

28 mei 2025

➔ Lees meer
12 juni 2025: Lezing over de Grand Tour

12 juni 2025: Lezing over de Grand Tour

28 mei 2025

➔ Lees meer
3 juli 2025: afscheidssymposium Johan Koppenol

3 juli 2025: afscheidssymposium Johan Koppenol

27 mei 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1947 Rob Molin
sterfdag
2010 Herman Verhaar
2014 Clem Neutjens
➔ Neerlandicikalender

Media

Lange lijnen met Christine Otten

Lange lijnen met Christine Otten

28 mei 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Winnaars Taalolympiade 2025

Winnaars Taalolympiade 2025

28 mei 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Huldeprogramma Cees Klapwijk

Huldeprogramma Cees Klapwijk

25 mei 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d