• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Vondel over de Amsterdamse gouden eeuw

26 september 2019 door Marc van Oostendorp 7 Reacties

https://www.youtube.com/watch?v=Y9wkv7z8u5g

Een van de mooie dingen van lezen, van goed lezen, is dat je zelfs in de op het eerste gezicht meest afgekloven teksten, die al door honderden anderen van commentaar zijn voorzien, ineens iets nieuws kan lezen. Dat doet de Nijmeegse promovenda Lilian Nijhuis voor in haar artikel ‘Voorbij het voorbeeld van Vergilius’ in het nieuwe nummer van het tijdschrift De zeventiende eeuw.

Gosewijn

Dat artikel gaat over Gijsbrecht van Aemstel, dé klassieker aller klassiekers van de vaderlandse letteren, dat ’treurspel bij welks vertoonen niemand treurt en de geheele wereld naar huis verlangt’. Dat blijkt tóch nog verkeerd gelezen te zijn. Ik vind het feit dat zoiets geen krant haalt een teken van het totale verval der tijden.

Het verhaal van Gijsbrecht is bekend: het toneelstuk is gebaseerd op een historische inname van de stad Amsterdam in de kerstnacht van het jaar 1300. De held, Gijsbrecht, doet wat hij kan, maar aan het eind gaat de stad geheel en al in vlammen op. De engel Rafaël vindt dat hij elders een andere stad moet stichten. Ooit zal Amsterdam dan weer groot worden.

De parallellen van het verhaal met het verhaal van Aeneas en de val van Troje liggen er dik bovenop (er wordt bijvoorbeeld naar verwezen in bovenstaande samenvatting van de Alphaman). Ook Aeneas onvlucht zijn stad, Troje, terwijl deze in vlammen opgaat. Zoals de Trojanen het gevreesde Griekse paard binnenhaalden, zo voert de onnozele Gijsbrecht een schip dat vol vijandelijke soldaten blijkt te zitten binnen. Zoals Aeneas zijn vader op zijn rug droeg, zo wil Gijsbrecht dat met de bisschop Gosewijn doen.

Vertaald

Mooi, zegt nu het meeste commentaar op dit toneelstuk: dat alles is natuurlijk een verwijzing naar de Aeneis, het nationale epos dat Vergilius voor de Romeinen schreef. Zo wilde Vondel immers ook een scheppingsmythe voor zijn stad (en misschien wel voor Holland) vorm geven.

Dat gaat echter, zegt Nijhuis, voorbij aan het feit dat het einde van de Gijsbrecht dan wel een beetje vreemd is. Aeneas trekt van Troje om Rome te stichten en er is dus een logisch verband tussen het teloorgaan van de eerste stad en de opkomst van de tweede. Dat verband is er eigenlijk helemaal niet in Gijsbrecht: Rafaël zegt wel dat er over 300 jaar een steviger Amsterdam gebouwd moet worden, maar het is eigenlijk niet duidelijk waarom het daarvoor noodzakelijk is dat de stad eerst helemaal in puin wordt gelegd.

Nijhuis komt nu met een ingenieuze verklaring. Behalve het werk van Vergilius heeft Vondel ook de Metamorfosen van Ovidius vertaald. En in dat boek komt ook een versie voor van het verhaal van Aeneas.

Parallellen

Nu zijn die metamorfosen ook wel een ‘anti-epos’ genoemd: waar in een epos alles in een rechte lijn naar boven gaat (althans, de held aan het eind overwint), verandert in Ovidius’ boek alles voortdurend in al het andere. Er wordt een geschiedenis van de wereld beschreven, maar die is er ook in politieke zin een van opkomst en ondergang, en nergens wordt aangetoond dat het Romeinse rijk niet ook ooit tenonder zou gaan.

Die interpretatie past ook op Gijsbrecht laat Nijhuis zien: het is in dit geval Amsterdam dat opkomt, ondergaat en dan in de tijd van Vondel opnieuw opkomt. Dat is dan misschien een gouden eeuw (!), maar dat betekent niets:

Gy ziet hoe ’t ronde jaer deelt in vier getyden,
Als een nabootser van ons leven, snel in ’t glyden
[…]
ik geloof geen dingen binden
Zich aen een’ zelven schyn geduurigh doorgaens heen
Zoo quaemtge, o werrelt, toen de goude tyt verdween
Aen d’ysre werrelt, zoo zytge, o Fortuin, ook mede
Niet eens maer menighmael verhuist van uwe stede.

Het toneelstuk van Vondel is zo heel wat minder braaf en optimistisch dan de oude lezing, die de parallellen met Vergilius benadrukte, zou doen vermoeden. In haar ‘besluit’ wijst Nijhuis erop dat de veranderlijkheid van alles op aarde ook in Vondels andere stukken een belangrijk thema is. Ik zou zeggen dat hetzelfde geldt voor zijn lyriek: dezer werrelt / die soo dwerrelt.

Sigrid Koetse en Johan Scchmits (1981). Bron: WIkipedia.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 17e eeuw, drama, Joost van den Vondel, Ovidius, toneel, tragedie

Lees Interacties

Reacties

  1. Harry Reintjes zegt

    26 september 2019 om 21:41

    hè? marc? dit lijkt wel weer een pleidooi vóór “afschaffing” van de term a la het amsterdam museum? hebben ze “quamvis sub aqua sub aqua maledicere temptant”

    Beantwoorden
  2. Ad Welschen zegt

    26 september 2019 om 23:54

    Eén keer ‘Aeneis’ schrijven in plaats van ‘Aeneas’ is nog te billijken, maar geen vier keer, Marc.

    Beantwoorden
    • Harry Reintjes zegt

      27 september 2019 om 00:21

      aeneas zo heet de held,, de aeneis zo heet het werk van vergilius, beste ad

      Beantwoorden
      • Ton Harmsen zegt

        27 september 2019 om 10:57

        Inmiddels gecorrigeerd, gelukkig.
        Het verband met de Metamorfosen is mij niet duidelijk. In haar artikel geeft Nijhuis geen ander argument dan dat Ovidius over gedaanteverwisselingen spreekt. Er is geen bekender motief dan het rad van Fortuin. Ik blijf liever bij mijn standpunt, zoals ik eerder in Neerlandistiek.nl heb geschreven, dat de vervloeking van Rome door Dido (in de Aeneis) Vondels uitgangspunt is, en dat hij verbaasd, maar opgelucht zal zijn geweest dat het publiek dat niet begreep.

        Beantwoorden
      • Ad Welschen zegt

        27 september 2019 om 21:14

        @Harry: dat was dus juist het punt dat ik wilde maken. Het lijkt me dan dat ik het wel wist, Harry.

        Beantwoorden
        • Harry Reintjes zegt

          27 september 2019 om 21:44

          ja, misverstanden ontstaan iets sneller bij geschreven taal en de oplossing laat ook iets langer op zich wachten. excuus.

          Beantwoorden

Trackbacks

  1. Merkwaardig (week 39) | www.weyerman.nl schreef:
    29 september 2019 om 10:34

    […] Vondel over de Amsterdamse Gouden Eeuw. […]

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Willem Bilderdijk • Minneklacht

‘k Benij elk oog dat u aanschouwen mag;
Het linnen dat uw leden mag genaken;
‘k Benij de lucht en ’t schijnsel van den dag,
Dat weemlen mag of blozen op uw kaken.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

JUNIOCHTEND

De dag breekt aan,
het licht is aarzelend en koel,
een koe komt als op grijs papier te staan,
uit bomen trekt het donker, ritselend met groen.

Torens herinneren zich hun groei,
stenen de hand die hen in mortel legde.

Het waait, men hoort de belboei. Dijk
droomt, glanzend veld droogt in de zon.
Halmen buigen zich bloot.
 

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

23 juni 2025: Boekpresentatie Nicoline van der Sijs

23 juni 2025: Boekpresentatie Nicoline van der Sijs

4 juni 2025

➔ Lees meer
2 oktober 2025: Symposium ‘Podium veur de Streektaol’

2 oktober 2025: Symposium ‘Podium veur de Streektaol’

2 juni 2025

➔ Lees meer
20 juni 2025: De wereld van Johan de Witt

20 juni 2025: De wereld van Johan de Witt

1 juni 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1945 Hugo Verdaasdonk
sterfdag
2021 Peter Müller (A.L. Snijders)
➔ Neerlandicikalender

Media

Dutch Studies Sheffield Student Symposium 2025

Dutch Studies Sheffield Student Symposium 2025

7 juni 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
New York Times over Yael van der Wouden

New York Times over Yael van der Wouden

5 juni 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Podcast: Leve(n) lezen met Barbara Stok

Podcast: Leve(n) lezen met Barbara Stok

5 juni 2025 Door Redactie Jong Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d