Het tijdschrift Internationale Neerlandistiek – voorheen Neerlandica extra muros – bestaat vijftig jaar. Ter gelegenheid van die verjaardag heeft de redactie een bijzonder nummer van IN uitgebracht, waarvan het eerste exemplaar tijdens het Colloquium van de Internationale Vereniging voor Neerlandistiek (IVN) werd uitgereikt aan Marja Kristel, die van 1981 tot 2011 als redactiesecretaris werkzaam is geweest.
Die naamsverandering, in 2008, had betekenis. Was er in het verleden op tal van gebieden nog vaak sprake van een strikte scheiding tussen de neerlandistiek intra en extra muros, in de afgelopen jaren is er door de ontwikkelingen binnen en buiten het Nederlandse taalgebied een opvallende toenadering ontstaan. Men is zich ‘intra’ bewust geworden van de geheel eigen expertise die er ‘extra’ ten aanzien van veel deelaspecten van de neerlandistiek te vinden is. Ook in het onderwijs is de internationale samenwerking eerder regel dan uitzondering geworden.
In het jubileumnummer wordt kritisch en waarderend worden teruggekeken op de afge-
lopen vijftig jaar vakgeschiedenis. Vijftig belangrijke data uit de neerlandistiek zijn in kaart gebracht, verdeeld over de terreinen taalkunde, letterkunde en cultuur. In principe is voor ieder jaar – beginnend met 1963 en eindigend met 2012 – een gebeurtenis (meestal een publicatie, soms een congres of een evenement) gekozen die om uiteenlopende redenen opmerkelijk genoemd kan worden: een belangrijke studie, een belangrijke theoretische impuls, een aankondiging van schuivende panelen in de vakgeschiedenis, een vergeten tendens.
Die gekozen mijlpalen uit de nationale en internationale neerlandistiek zijn gekoppeld aan een ‘ideale’ bespreker, ideaal niet alleen door specifieke expertise en reputatie, maar ook door het principe van complementariteit. De scheiding tussen intra- en extramurale Neerlandistiek mag dan opgeheven zijn, om het internationale karakter te benadrukken zijn ‘sleutelpublicaties’ buiten Nederland en Vlaanderen besproken door een neerlandicus uit de ‘lage Landen’ en vice versa.
Zo start de uitgave met Zwischen Hummel und Erde, een studie uit 1963 over Joost van den Vondel door de Noor Kåre Langvik Johannessen, besproken door Jürgen Pieters uit Gent, en sluit Jan Konst uit Berlijn het nummer af met een reflectie op de 8 delen Geschiedenis van de Nederlandse literatuur, waarvan de voltooiing aanvankelijk gepland stond voor 2012. De oudste taalkundige publicatie die besproken wordt is de dissertatie uit 1964 van Herman Roose over Het probleem van de woordsoorten door Janneke Diepeveen die zeer onlangs in Berlijn promoveerde op de morfologie van het Nederlandse bijwoord (zie Neder-L 19 okt 2012 Dom genoeg). De jongste is een mooi staaltje van internationaliteit: Ton van der Wouden (Leiden) bespreekt de speciale aflevering Dutch between English and Germanvan Journal of Germanic Linguistics, met lezingen van een conferentie in Sheffield, een van de succesvolle bijeenkomsten waar de vergelijking van het Nederlands met de verwante vreemde talen centraal stond.
Naast taalkunde en letterkunde is er ook ruim aandacht voor cultuur. Zo bespreekt Marion Boers (Leiden) van de Amerikaanse Svetlana Alpers The art of describing Dutch art in the seventeeth century terwijl de Amerikaanse Amy Colahny Het Rembrandt Research Project onder de loep neemt.
Aandacht is er ook voor de oprichting van de Taalunie in 1980, een samenwerkingsverband tussen Nederland en Vlaanderen, waaraan later ook Suriname, de Nederlandse Antillen en Aruba bij aansloten. Nog een greep: Kees Snoek (Parijs) bespreekt Een geschiedenis van de Surinaamse literatuur van Michiel van Kempen, in 2009 gingen de historische woordenboeken van het INL online, en in 2011 verscheen het eerste exemplaar van Journal of Dutch Literature, een bijdrage aan de internationale uitstraling van de neerlandistiek via een Engelstalig tijdschrift.
Al met al een zeer gevarieerde verzameling van mijlpalen uit de Internationale Neerlandistiek.
Losse exemplaren van het jubileumnummer (25 euro incl. verzendkosten) zijn te bestellen bij het bureau van de IVN, bureau@ivnnl.com.
Het tijdschrift is tevens integraal en vrij consulteerbaar op www.ivnnl.com/jubileum
Laat een reactie achter